Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Behälter:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Behälter (Duits) in het Zweeds

Behälter:

Behälter [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Behälter (Container)
    behållare; container
  2. der Behälter (Napf; Schale; Schüssel; Gefäß)
    tråg; matskål
    • tråg [-ett] zelfstandig naamwoord
    • matskål zelfstandig naamwoord
  3. der Behälter (Gehäuse; Hülse; Köcher; Büchse; Etui)
  4. der Behälter
    låda
    • låda [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Behälter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
behållare Behälter; Container Container; Containeranwendung; Sammelbecken; Speicherbecken; Tanks
container Behälter; Container Container
låda Behälter Abteil; Aufbewahungskarton; Box; Büchse; Dose; Flugschreiber; Gefäß; Gehäuse; Kapsel; Karton; Kasten; Kiste; Kittchen; Klo; Konserve; Lade; Loch; Schachtel; Schubfach; Schublade; Schuppen; Tresor; Verpackung; Verschlag; Vorratsdose
matskål Behälter; Gefäß; Napf; Schale; Schüssel Eßnapf
rörformig behållare Behälter; Büchse; Etui; Gehäuse; Hülse; Köcher
tråg Behälter; Gefäß; Napf; Schale; Schüssel Eßnapf; Wanne
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
låda Kiste

Synoniemen voor "Behälter":


Wiktionary: Behälter

Behälter
noun
  1. Gegenstand mit einem hinreichenden Innenvolumen zum Aufbewahren oder Transportieren fester, flüssiger oder gasförmiger Stoffe

Cross Translation:
FromToVia
Behälter lår; låda case — box containing a number of identical items of manufacture
Behälter kärl; behållare container — an item in which objects, materials or data can be stored or transported
Behälter tank; dyktub tank — closed container
Behälter behållare vessel — container
Behälter skål; stop; ; urna; kar baquet — Petit cuvier de bois qui a les bords assez bas.
Behälter vas; kanna potvase de terre ou de métal servant à divers usages.