Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Automat:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Automat (Duits) in het Zweeds

Automat:

Automat [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Automat
    automat
    • automat [-en] zelfstandig naamwoord
  2. der Automat (Robotter)
    robott
    • robott zelfstandig naamwoord
  3. der Automat (Zustandsautomat)

Vertaal Matrix voor Automat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
automat Automat
robott Automat; Robotter
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
tillståndsdator Automat; Zustandsautomat

Synoniemen voor "Automat":


Wiktionary: Automat

Automat
  1. übertragen: willenlos oder gefühlloses Wesen; ein willen- oder gefühlloser Mensch
  2. Mathematik, Kybernetik, Informatik: System oder abstraktes Modell, das Informationen aufnimmt, diese anhand eines Programms mit Verzweigungen verarbeitet und schließlich Ausgaben erzeugt
  3. Technik, Handel: Apparat, der nach Annahme eines Zahlungsmittels (hauptsächlich nach dem Einwurf von Münzen) bestimmte Produkte (zum Beispiel Getränke, Tickets oder Ähnliches) ausgibt oder Leistungen erbringt
  4. Technik: Maschine oder technische Vorrichtung, die anhand eines vorgegebenen (Computer)programms selbsttätig in der vorgegebenen Art und Weise auf Eingaben von Benutzern reagiert

Cross Translation:
FromToVia
Automat varuautomat vending machine — machine that dispenses merchandise