Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Vertaal Ausläufer

Vertaal Ausläufer van Duits naar Zweeds

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Ausläufer:
- kvistar; smågrenar; ranka; hårtest; hårlock; klänge
- pallar; stolar; sittmöbler

Duits

Uitgebreide vertaling voor Ausläufer (Duits) in het Zweeds

Ausläufer:

Ausläufer [der ~] zelfstandig naamwoord

der Ausläufer (Böcke; Sessel; Reisig)
kvistar; smågrenar
- kvistar zelfstandig naamwoord
- smågrenar zelfstandig naamwoord
der Ausläufer (Ranke; Sproß; Trieb)
ranka; hårtest; hårlock; klänge
- ranka [-en] zelfstandig naamwoord
- hårtest [-en] zelfstandig naamwoord
- hårlock zelfstandig naamwoord
- klänge zelfstandig naamwoord

Ausläufer [die ~] zelfstandig naamwoord

die Ausläufer (Böcke)
pallar; stolar; sittmöbler
- pallar zelfstandig naamwoord
- stolar zelfstandig naamwoord
- sittmöbler zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Ausläufer:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
hårlock	Ausläufer; Ranke; Sproß; Trieb	Haarbüschel; Haarlocke; Haarschopf; Haarschöpfe; Haarsträhne; Kreislein; Kreisschen; Kringel; Locke; Löckchen; Schnecke; Schnitzel; Schnörkel; Schuppe; Schwung; Span; Spirale; Splitter; Strähne; Tolle; Welle; Zirkelchen
hårtest	Ausläufer; Ranke; Sproß; Trieb	Haarbüschel; Haare
klänge	Ausläufer; Ranke; Sproß; Trieb
kvistar	Ausläufer; Böcke; Reisig; Sessel
pallar	Ausläufer; Böcke
ranka	Ausläufer; Ranke; Sproß; Trieb	Sproß
sittmöbler	Ausläufer; Böcke
smågrenar	Ausläufer; Böcke; Reisig; Sessel
stolar	Ausläufer; Böcke	Sessel; Sitzbänke; Sitzplätze

Synoniemen voor "Ausläufer":

Ableger; Vorberge