Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Ausguck:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Ausguck (Duits) in het Zweeds

Ausguck:

Ausguck [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Ausguck (Krähennest)
    kråkbo
    • kråkbo [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. der Ausguck (Wachtposten; Wache; Posten; )
    vakt
    • vakt [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Ausguck:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kråkbo Ausguck; Krähennest
vakt Ausguck; Hüter; Posten; Schildwache; Wache; Wachstube; Wachtposten; Wächter; Wärter Aufseher; Garde; Wachtposten; Wächter; Wärter

Synoniemen voor "Ausguck":