Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Aufknabbern:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Aufknabbern (Duits) in het Zweeds

Aufknabbern:

Aufknabbern [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Aufknabbern (Verschmausen; Verputzen; Wegputzen)
    ätande; tuggande

Vertaal Matrix voor Aufknabbern:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tuggande Aufknabbern; Verputzen; Verschmausen; Wegputzen
ätande Aufknabbern; Verputzen; Verschmausen; Wegputzen