Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Asyl:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Asyl (Duits) in het Zweeds

Asyl:

Asyl [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Asyl (Zufluchtstätte; Versteck; Schlupfloch; )
    tillflykt
  2. Asyl (Anlaufstelle; Heim)
    asyl; tillflykt; skyddat ställe
  3. Asyl (Flüchtlingslager)
    flyktingläger

Vertaal Matrix voor Asyl:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
asyl Anlaufstelle; Asyl; Heim Tierheim
flyktingläger Asyl; Flüchtlingslager
skyddat ställe Anlaufstelle; Asyl; Heim
tillflykt Anlaufstelle; Asyl; Ausweichstelle; Heim; Luftschutzraum; Schlupfloch; Schlupfwinkel; Unterkunft; Unterschlupf; Versteck; Zuflucht; Zufluchtsort; Zufluchtstätte Freistätte; Ruhepunkt; Schlupfloch; Schlupfwinkel; Schutz; Tierheim; Unterschlupf; Vordachen; Zuflucht; Zufluchtshafen; Zufluchtsort; Zufluchtstätte; Zuflüchte

Synoniemen voor "Asyl":


Wiktionary: Asyl

Asyl
noun
  1. Unterkunft für Personen ohne eigene Wohnung
  2. Rechtssprache; kein Plural: Schutz (insbesondere vor politischer Verfolgung), der an einem bestimmten Ort oder in einem bestimmten Gebiet gewährt wird, indem die verfolgte Person sich dort aufhalten darf

Cross Translation:
FromToVia
Asyl asyl asylum — place of safety