Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Anwandlung:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Anwandlung (Duits) in het Zweeds

Anwandlung:

Anwandlung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Anwandlung
    infall
    • infall [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Anwandlung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
infall Anwandlung Andrang; Anregung; Anreiz; Anstoß; Einfall; Grille; Impuls; Laune; Reiz; Stimulanz

Synoniemen voor "Anwandlung":