Anbau in het Zweeds vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Anbau:
- odling; förfining; kultivering; växtliv; växtlighet; vegetation; tillägg; addition; utbyggnad; uppfödning; utbyggnings fönster
Wiktionary:
- Anbau → utbyggnad, tillbyggnad, odling

Duits

Uitgebreide vertaling voor Anbau (Duits) in het Zweeds

der Anbau (Zucht)
odling
- odling [-en] zelfstandig naamwoord
der Anbau (Zucht)
odling; förfining; kultivering
- odling [-en] zelfstandig naamwoord
- förfining [-en] zelfstandig naamwoord
- kultivering zelfstandig naamwoord
der Anbau (Bepflanzung; Vegetation)
växtliv; växtlighet; vegetation
- växtliv zelfstandig naamwoord
- växtlighet [-en] zelfstandig naamwoord
- vegetation [-en] zelfstandig naamwoord
der Anbau (Ausbau; Erweiterung; Vorbau; Vergrößerung)
tillägg; addition; utbyggnad
- tillägg [-ett] zelfstandig naamwoord
- addition [-en] zelfstandig naamwoord
- utbyggnad [-en] zelfstandig naamwoord
der Anbau (Anbauen; Fortpflanzung; Züchten; Züchtung; Anbauten; Zucht; Züchte)
uppfödning
- uppfödning [-en] zelfstandig naamwoord
der Anbau (Erker; Ausbau)
utbyggnings fönster
- utbyggnings fönster zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
addition	Anbau; Ausbau; Erweiterung; Vergrößerung; Vorbau	Addition; Additiv; Beifügung; Zufügung; Zusatz; Zuzählung
förfining	Anbau; Zucht	Feinheit; Finesse; Raffinement
kultivering	Anbau; Zucht
odling	Anbau; Zucht	Agrikultur; Bodenbearbeitung
tillägg	Anbau; Ausbau; Erweiterung; Vergrößerung; Vorbau	Absichten; Abänderungsantrag; Add-In; Addieren; Addierung; Addition; Additiv; Anfüllen; Anfüllung; Anhang; Anhänge; Anschütten; Appendix; Aufzählung; Beifügung; Beiträge; Belastung; Einsatz; Einsatzstück; Ergänzung; Erweiterung; Hinzufügung; Nachtrag; Nachträge; Summe; Supplement; Zufügen; Zufügung; Zulage; Zusammenzählung; Zusatz; Zusatzanträge; Zuschüsse; Zuzählung; Zählung; sonstige Zuschläge
uppfödning	Anbau; Anbauen; Anbauten; Fortpflanzung; Zucht; Züchte; Züchten; Züchtung	Viehhaltung
utbyggnad	Anbau; Ausbau; Erweiterung; Vergrößerung; Vorbau	Addition; Zuzählung
utbyggnings fönster	Anbau; Ausbau; Erker
vegetation	Anbau; Bepflanzung; Vegetation	Bepflanzung; Vegetation
växtlighet	Anbau; Bepflanzung; Vegetation
växtliv	Anbau; Bepflanzung; Vegetation
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
tillägg		beigefügt; beigeordnet; extra

Anbau

noun

bauliche Tätigkeit zur Erweiterung eines Bauwerks
- Anbau → utbyggnad; tillbyggnad
Kultivierung von Nutz- oder Zierpflanzen
- Anbau → odling