Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Öhr:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Öhr (Duits) in het Zweeds

Öhr:

Öhr [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Öhr (Nadelöhr; Öse; Auglein; Äugelchen; Äuglein)
    nålsöga

Vertaal Matrix voor Öhr:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nålsöga Auglein; Nadelöhr; Äugelchen; Äuglein; Öhr; Öse

Wiktionary: Öhr

Öhr
noun
  1. eine lochartige Öffnung in Geräten, um etwas wie einen Faden oder andere dünne Objekte hindurchzuziehen

Cross Translation:
FromToVia
Öhr nålsöga; öga eye — hole in needle

Computer vertaling door derden: