Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Äugelchen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Äugelchen (Duits) in het Zweeds

Äugelchen:

Äugelchen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Äugelchen (Nadelöhr; Öhr; Öse; Auglein; Äuglein)
    nålsöga
  2. Äugelchen (Auge; Licht; Äuglein; Auglein)
    öga
    • öga [-ett] zelfstandig naamwoord
  3. Äugelchen (Äuglein; Augen)
    små ögon

Vertaal Matrix voor Äugelchen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nålsöga Auglein; Nadelöhr; Äugelchen; Äuglein; Öhr; Öse
små ögon Augen; Äugelchen; Äuglein
öga Auge; Auglein; Licht; Äugelchen; Äuglein