Prunk: vertaling Duits

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

Prunk:
Het woord Prunk is bekend in onze database, echter hebben wij hiervoor nog geen vertaling van zweeds naar duits.

Duits

Uitgebreide vertaling voor Prunk (Duits) in het Zweeds

der Prunk (Pracht)
ståt; pompa; prakt
- ståt [-en] zelfstandig naamwoord
- pompa [-en] zelfstandig naamwoord
- prakt [-en] zelfstandig naamwoord
der Prunk (Luxus; Überfluß; Pracht; Stattlichkeit; Fülle; Glanz; Herrlichkeit; Reichtum; Wonne; Wollust; Üppigkeit)
lyx; överflöd; rikedom; överdåd; prakt
- lyx [-en] zelfstandig naamwoord
- överflöd [-ett] zelfstandig naamwoord
- rikedom [-en] zelfstandig naamwoord
- överdåd [-ett] zelfstandig naamwoord
- prakt [-en] zelfstandig naamwoord
der Prunk (Prahlerei; Geckenhaftigkeit; Geckerei)
fåfänga
- fåfänga [-en] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
fåfänga	Geckenhaftigkeit; Geckerei; Prahlerei; Prunk	Dünkel; Zierpuppe; eitles Mädchen
lyx	Fülle; Glanz; Herrlichkeit; Luxus; Pracht; Prunk; Reichtum; Stattlichkeit; Wollust; Wonne; Überfluß; Üppigkeit	Luxusartikel
pompa	Pracht; Prunk
prakt	Fülle; Glanz; Herrlichkeit; Luxus; Pracht; Prunk; Reichtum; Stattlichkeit; Wollust; Wonne; Überfluß; Üppigkeit	Ehre; Glorie; Ruhm
rikedom	Fülle; Glanz; Herrlichkeit; Luxus; Pracht; Prunk; Reichtum; Stattlichkeit; Wollust; Wonne; Überfluß; Üppigkeit	Luxus; Mannigfaltigkeit; Pracht; Reichtum; Vielzahl
ståt	Pracht; Prunk	Angabe; Angeberei; Aufschneiderei; Ehre; Flunkerei; Glorie; Großsprecherei; Großtuer; Großtuerei; Ruhm; Schneid; Windmacherei
överdåd	Fülle; Glanz; Herrlichkeit; Luxus; Pracht; Prunk; Reichtum; Stattlichkeit; Wollust; Wonne; Überfluß; Üppigkeit	Überflüsse
överflöd	Fülle; Glanz; Herrlichkeit; Luxus; Pracht; Prunk; Reichtum; Stattlichkeit; Wollust; Wonne; Überfluß; Üppigkeit	Fülle; Mannigfaltigkeit; Reichlichkeit; Stattlichkeit; Verschiedenartigkeit; Vielzahl; Überflüsse; Üppigkeit

Zweeds