Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Kraut

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Kraut

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Kraut:
- puderdosa; puder; tobak
Wiktionary:
- Kraut → sirap, surkål, kål, blast, medicinalväxt, kryddväxt, ört
- Kraut → ört, kål, gräs

Duits

Uitgebreide vertaling voor Kraut (Duits) in het Zweeds

Kraut:

Kraut [das ~] zelfstandig naamwoord

Kraut (Pulver)
puderdosa; puder
- puderdosa zelfstandig naamwoord
- puder [-ett] zelfstandig naamwoord
Kraut (Tabak)
tobak
- tobak [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Kraut:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
puder	Kraut; Pulver
puderdosa	Kraut; Pulver
tobak	Kraut; Tabak	Rauchtabak; Tabak

Synoniemen voor "Kraut":

Boche; Deutscher; Piefke; Teutone; Bürger; Landsmann; Staatsbürger

Wiktionary: Kraut

Kraut

noun

kPl., nordwestdeutsch: dicker Sirup
- Kraut → sirap
kPl., süddeutsch, kurz für: Sauerkraut
- Kraut → surkål
kPl., süddeutsch: Kohl
- Kraut → kål
kPl., (umgangssprachlich) : der grüne Teil von Gemüsen, der nicht gegessen wird
- Kraut → blast
-
- Kraut → medicinalväxt; kryddväxt
Pflanze, die verwendet wird
- Kraut → ört
Botanik: Pflanze ohne holzige Teile
- Kraut → ört

Cross Translation:

From	To	Via
• Kraut	→ ört	↔ herb — plant used to flavour food
• Kraut	→ ört	↔ kruid — voeding\|nld aromatische plant
• Kraut	→ kål	↔ chou — Plante.
• Kraut	→ gräs; ört	↔ herbe — botan\|fr (sens strict) Un végétal vert, monocotylédone ou dicotylédone, à tige fine et molle car non ligneuse (pas un tronc ni une stipe), vivace ou annuel, et qui perd tiges et feuilles en hiver.