Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Tierarzt:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Tierarzt (Duits) in het Zweeds

Tierarzt:

Tierarzt [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Tierarzt (Veterinär)
    vetrinär
  2. der Tierarzt
    veterinär

Vertaal Matrix voor Tierarzt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vetrinär Tierarzt; Veterinär
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
veterinär Tierarzt veterinär

Synoniemen voor "Tierarzt":

  • Tierdoktor; Tiermediziner; Veterinär; Veterinärmediziner; Viehdoktor; Arzt; Doktor; Halbgott in Weiß; Mediziner; Weißkittel

Wiktionary: Tierarzt

Tierarzt
noun
  1. ein Arzt, der nach staatlicher Approbation Tiere medizinisch behandelt und betreut

Cross Translation:
FromToVia
Tierarzt veterinär; djurläkare veterinarian — doctor who treats animals