Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: nassforsch

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: nassforsch

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

nassforsch:
- Wiktionary:
  nassforsch → framfusig
- Synoniemen voor "nassforsch":
  dreist; dummdreist; impertinent; unverschämt; vorlaut; wüst
  anmaßend; flapsig; frech; kess; nickelig; pampig; unangemessen; unartig; ungebührend; ungebührlich; ungehobelt; ungesittet; ungezogen; unhöflich; unmanierlich; unverfroren; vorwitzig

Duits

Uitgebreide vertaling voor nassforsch (Duits) in het Zweeds

nassforsch: ^{(*Woord en zin splitter gebruikt)}

naß: våt; fuktigt; regning; regningt; blöt
forsch: muskulös; muskulöst; välbyggt; energisk; bestämd; besluten; stark; stort; starkt; robust; häftig; häftigt; kraftigt; kraftig; livlig; livligt; energiskt; kraftigt byggd; massivt; kraftigt byggt
Naß: vätska; fukt; fuktighet; väta

nassforsch:

Synoniemen voor "nassforsch":

dreist; dummdreist; impertinent; unverschämt; vorlaut; wüst
anmaßend; flapsig; frech; kess; nickelig; pampig; unangemessen; unartig; ungebührend; ungebührlich; ungehobelt; ungesittet; ungezogen; unhöflich; unmanierlich; unverfroren; vorwitzig

Wiktionary: nassforsch

nassforsch

adjective

(umgangssprachlich) meist pejorativ: absichtlich besonders energisch, schneidig
- nassforsch → framfusig