Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Engpass:
  2. Engpaß:
  3. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Engpass (Duits) in het Zweeds

Engpass:

Engpass

  1. Engpass

Vertaal Matrix voor Engpass:

Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
flaskhalsar Engpass

Synoniemen voor "Engpass":


Wiktionary: Engpass

Engpass
noun
  1. schmaler Wegpass, verengte Straße
  2. Knappheit an Ressourcen, wirtschaftlicher Mangel

Cross Translation:
FromToVia
Engpass flaskhals bottleneck — any delay; part of a process that is too slow or cumbersome

Engpaß:

Engpaß [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Engpaß (Verkehrsengpaß)
    flaskhals
  2. der Engpaß (Fahrbahnverengung)
    flasknacke
  3. der Engpaß (Landenge; Enge; Engpässe; Schmalheit)
    landnacke
  4. der Engpaß (Enge; Engpässe; Schmalheit)
    trångt; smalhet

Vertaal Matrix voor Engpaß:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
flaskhals Engpaß; Verkehrsengpaß
flasknacke Engpaß; Fahrbahnverengung
landnacke Enge; Engpaß; Engpässe; Landenge; Schmalheit
smalhet Enge; Engpaß; Engpässe; Schmalheit Magerheit
trångt Enge; Engpaß; Engpässe; Schmalheit
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
trångt eng; erbärmlich; klein; knapp; mit wenig Platz; schmal; schäbig