Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Sockel:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. Sockel:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Sockel (Duits) in het Zweeds

Sockel:

Sockel [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Sockel (Fußgestell; Gestell)
    stativ
    • stativ [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Sockel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stativ Fußgestell; Gestell; Sockel

Synoniemen voor "Sockel":


Wiktionary: Sockel


Cross Translation:
FromToVia
Sockel piedestal pedestal — the base or foot of a column, statue, vase, lamp, or the like



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Sockel (Zweeds) in het Duits

sockel:


Synoniemen voor "sockel":


Wiktionary: sockel

sockel
noun
  1. Bauwesen: ein standsicheres, punktförmiges Fundament, das meist aus einem einzigen Fundamentstein besteht

Verwante vertalingen van Sockel