Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Gebärde

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Gebärde

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Gebärde:
- gest; vink; signal; tecken
Wiktionary:
- Gebärde → åtbörd, gest, tecken
- Gebärde → gest, tecken

Duits

Uitgebreide vertaling voor Gebärde (Duits) in het Zweeds

Gebärde:

Gebärde [die ~] zelfstandig naamwoord

die Gebärde (Geste; Zeichen; Signal; Wink)
gest; vink; signal; tecken
- gest [-en] zelfstandig naamwoord
- vink [-en] zelfstandig naamwoord
- signal [-en] zelfstandig naamwoord
- tecken [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Gebärde:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gest	Gebärde; Geste; Signal; Wink; Zeichen	Geste; Handbewegung
signal	Gebärde; Geste; Signal; Wink; Zeichen	Fingerzeig; Signal; Wink; Zeichen
tecken	Gebärde; Geste; Signal; Wink; Zeichen	Angabe; Aufzeichnung; Fingerzeig; Hinweis; Indikation; Kleinbuchstabe; Minuskel; Notiz; Ordenszeichen; Signal; Wink; Zeichen
vink	Gebärde; Geste; Signal; Wink; Zeichen	Anweisung; Auftrag; Befehl; Erlaß; Instruktion; Kommando; Weisung; Zeiger; Zwangsbefehl

Synoniemen voor "Gebärde":

Geste; Handbewegung; Aktion; Handlung; Operation; Tat

Wiktionary: Gebärde

Gebärde

noun

Bewegung eines Körperteils, mit der man etwas sagen möchte
- Gebärde → åtbörd; gest
synonymer Gebrauch für 'Geste' im weiteren Sinne
- Gebärde → gest
für gehörlose Menschen entwickelte (meist standardisierte) Geste um sich verständlich zu machen
- Gebärde → tecken

Cross Translation:

From	To	Via
• Gebärde	→ gest	↔ gesture — motion of the limbs or body
• Gebärde	→ tecken	↔ sign — meaningful gesture
• Gebärde	→ tecken	↔ sign — linguistic unit in sign language
• Gebärde	→ gest	↔ geste — action et mouvement du corps et particulièrement des bras et des mains, action et mouvement employés à signifier quelque chose.