Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: nuscheln

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: nuscheln

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

nuscheln:
- Wiktionary:
  nuscheln → sluddra, mumla
  nuscheln → muttra
- Synoniemen voor "nuscheln":
  etwas in den Bart brummeln; murmeln; undeutlich sprechen
  undeutlich sprechen; unterhalten; labern; mitteilen; nennen; plappern; quasseln; reden; räsonieren; sagen; schwätzen; sprechen; texten

Duits

Uitgebreide vertaling voor nuscheln (Duits) in het Zweeds

Spelling Suggesties voor: nuscheln

Searching for suggestions...

nuscheln:

Synoniemen voor "nuscheln":

etwas in den Bart brummeln; murmeln; undeutlich sprechen
undeutlich sprechen; unterhalten; labern; mitteilen; nennen; plappern; quasseln; reden; räsonieren; sagen; schwätzen; sprechen; texten

Wiktionary: nuscheln

nuscheln

verb

undeutlich, unartikuliert sprechen
- nuscheln → sluddra; mumla

Cross Translation:

From	To	Via
• nuscheln	→ muttra	↔ marmonner — murmurer sourdement et souvent de façon hostile.

Computer vertaling door derden:

Zweeds

Suggesties voor nuscheln in het Zweeds

Spelling Suggesties voor: nuscheln

Searching for suggestions...

Computer vertaling door derden: