Overzicht
Duits naar Zweeds: Meer gegevens...
- Kappe:
- kappen:
- Wiktionary:
Zweeds naar Duits: Meer gegevens...
-
Kappe:
Het woord Kappe is bekend in onze database, echter hebben wij hiervoor nog geen vertaling van zweeds naar duits.
Duits
Uitgebreide vertaling voor Kappe (Duits) in het Zweeds
Kappe:
-
die Kappe (Mütze; Hut; Kopfbedeckung)
-
die Kappe (Überdachung; Decke; Plane; Bedeckung; Kopfbedeckung; Mütze; Uniformmütze)
-
die Kappe (Deckel)
-
die Kappe (Mütze; Kopfbedeckung)
-
die Kappe
baseballmössa-
baseballmössa zelfstandig naamwoord
-
-
die Kappe (Kopfbedeckung; Mütze; Hut)
Vertaal Matrix voor Kappe:
Synoniemen voor "Kappe":
Wiktionary: Kappe
Kappe
Cross Translation:
noun
-
tragender Teil eines Fallschirms
- Kappe → skärmkappa
-
dicht den Kopf umschließende Kopfbedeckung
-
technische Vorrichtung zur Abdeckung oder zum Verschluss von etwas
- Kappe → lock
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Kappe | → lock; kapsyl; propp | ↔ top — lid, cap, cover |
• Kappe | → huva; mössa | ↔ bonnet — Coiffure. |
• Kappe | → huva; mössa | ↔ toque — sorte de coiffure sans bords ou à très petits bords. |
kappen:
-
kappen (Bäume fällen; umhauen; hacken; abholzen; fällen; umhacken; umschlagen; hauen)
-
kappen (abhauen; abhouwen)
-
kappen (Abnormal intrigieren; grabbeln; backen; faszinieren; erfassen; fassen; erwischen; ausspielen; gehen; kriegen; greifen; verhaften; fangen; fesseln; packen; knutschen; ergreifen; erobern; festnehmen; eingreifen; einpacken; ballen; schmieden; hervorholen; erhaschen; intrigieren)
Conjugations for kappen:
Präsens
- kappe
- kappst
- kappt
- kappen
- kappt
- kappen
Imperfekt
- kappte
- kapptest
- kappte
- kappten
- kapptet
- kappten
Perfekt
- habe gekappt
- hast gekappt
- hat gekappt
- haben gekappt
- habt gekappt
- haben gekappt
1. Konjunktiv [1]
- kappe
- kappest
- kappe
- kappen
- kappet
- kappen
2. Konjunktiv
- kappte
- kapptest
- kappte
- kappten
- kapptet
- kappten
Futur 1
- werde kappen
- wirst kappen
- wird kappen
- werden kappen
- werdet kappen
- werden kappen
1. Konjunktiv [2]
- würde kappen
- würdest kappen
- würde kappen
- würden kappen
- würdet kappen
- würden kappen
Diverses
- kappe!
- kappt!
- kappen Sie!
- gekappt
- kappend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor kappen:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
hacka av | Abkappen | |
hacka ned | Umhacken; Umhauen | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
anfäkta | Abnormal intrigieren; ausspielen; backen; ballen; eingreifen; einpacken; erfassen; ergreifen; erhaschen; erobern; erwischen; fangen; fassen; faszinieren; fesseln; festnehmen; gehen; grabbeln; greifen; hervorholen; intrigieren; kappen; knutschen; kriegen; packen; schmieden; verhaften | |
fälla träd | Bäume fällen; abholzen; fällen; hacken; hauen; kappen; umhacken; umhauen; umschlagen | |
hacka av | abhauen; abhouwen; kappen | |
hacka ned | Bäume fällen; abholzen; fällen; hacken; hauen; kappen; umhacken; umhauen; umschlagen | |
hemsöka | Abnormal intrigieren; ausspielen; backen; ballen; eingreifen; einpacken; erfassen; ergreifen; erhaschen; erobern; erwischen; fangen; fassen; faszinieren; fesseln; festnehmen; gehen; grabbeln; greifen; hervorholen; intrigieren; kappen; knutschen; kriegen; packen; schmieden; verhaften | |
hugga av | abhauen; abhouwen; kappen |
Synoniemen voor "kappen":
Computer vertaling door derden:
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor Kappe (Zweeds) in het Duits
Computer vertaling door derden: