Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Fechten

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Fechten

Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. fechten:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Fechten (Duits) in het Zweeds

fechten:

fechten werkwoord (fechte, fechtest, fechtet, focht, fochtet, gefochten)

  1. fechten (kämpfen; streiten)
    fortsätta kämpa
    • fortsätta kämpa werkwoord (fortsätter kämpa, fortsatte kämpa, fortsatt kämpa)
  2. fechten
    fäktas
    • fäktas werkwoord (fäktas, fäktades, fäktats)
  3. fechten (scharmützeln; kämpfen)
    slåss; knuffas; skärmytsla
    • slåss werkwoord (slåss igen, slogs igen, slagits)
    • knuffas werkwoord (knuffar, knuffade, knuffat)
    • skärmytsla werkwoord (skärmytslar, skärmytslade, skärmytslat)
  4. fechten (bekämpfen; bestreiten; kämpfen; schlagen; streiten)
    bekämpa; bestrida; kämpa med; slåss mot
    • bekämpa werkwoord (bekämper, bekämpte, bekämpt)
    • bestrida werkwoord (bestrider, bestred, bestridit)
    • kämpa med werkwoord (kämpar med, kämpade med, kämpat med)
    • slåss mot werkwoord (slåss mot, slogs mot, slagits mot)

Conjugations for fechten:

Präsens
  1. fechte
  2. fechtest
  3. fechtet
  4. fechten
  5. fechtet
  6. fechten
Imperfekt
  1. focht
  2. fochtest
  3. focht
  4. fochten
  5. fochtet
  6. fochten
Perfekt
  1. habe gefochten
  2. hast gefochten
  3. hat gefochten
  4. haben gefochten
  5. habt gefochten
  6. haben gefochten
1. Konjunktiv [1]
  1. fechte
  2. fechtest
  3. fechte
  4. fechten
  5. fechtet
  6. fechten
2. Konjunktiv
  1. föchte
  2. föchtest
  3. föchte
  4. föchten
  5. föchtet
  6. föchten
Futur 1
  1. werde fechten
  2. wirst fechten
  3. wird fechten
  4. werden fechten
  5. werdet fechten
  6. werden fechten
1. Konjunktiv [2]
  1. würde fechten
  2. würdest fechten
  3. würde fechten
  4. würden fechten
  5. würdet fechten
  6. würden fechten
Diverses
  1. fechte!
  2. fechtet!
  3. fechten Sie!
  5. gefochten
  6. fechtend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor fechten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bekämpa bekämpfen; bestreiten; fechten; kämpfen; schlagen; streiten anfechten; angreifen; ankämpfen; bekämpfen; bestreiten; schlagen
bestrida bekämpfen; bestreiten; fechten; kämpfen; schlagen; streiten anfechten; angreifen; verleugnen
fortsätta kämpa fechten; kämpfen; streiten
fäktas fechten
knuffas fechten; kämpfen; scharmützeln aufjagen; auftreiben; hasten; jagen; rasen
kämpa med bekämpfen; bestreiten; fechten; kämpfen; schlagen; streiten
skärmytsla fechten; kämpfen; scharmützeln
slåss fechten; kämpfen; scharmützeln balgen; bekämpfen; bestreiten; fräsen; kämpfen; schlagen; sich duellieren; sich keilen; sich raufen; streiten
slåss mot bekämpfen; bestreiten; fechten; kämpfen; schlagen; streiten

Synoniemen voor "fechten":


Wiktionary: fechten

Cross Translation:
FromToVia
• fechten → kämpa; slåss; strida ↔ fight — to contend in physical conflict
• fechten → strida; slåss; kämpa ↔ knokken — vechten


Wiktionary: Fechten

Fechten
noun
  1. eine Kampfsportart, bei der zwei Fechter gegeneinander antreten.
Cross Translation:
FromToVia
• Fechten → fäktning ↔ fencing — sport







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0621 seconde
Page rendered in 1.0 seconds