Overzicht
Duits naar Zweeds: Meer gegevens...
- sorgfältig:
-
Wiktionary:
- sorgfältig → omsorgsfull, noggrann
- sorgfältig → noggrann, omsorgsfull, sorgfällig, grundlig, skrupulös, försiktig, betänksam, nogräknad, ackurat, prompt, punktlig, regelmässig
Duits
Uitgebreide vertaling voor sorgfältig (Duits) in het Zweeds
sorgfältig:
-
sorgfältig (genau; pünktlich; gründlich; gewissenhaft; konsequent)
-
sorgfältig (gewissenhaft; detailliert; gründlich; genau; ausführlich; strikt; minuziös; peinlichgenau; haarklein; haargenau; korrekt; eingehend; akkurat; haarscharf; haarfein)
exakt; noggrannt; omsorgsfullt; omsorgsfull; precist-
exakt bijvoeglijk naamwoord
-
noggrannt bijvoeglijk naamwoord
-
omsorgsfullt bijvoeglijk naamwoord
-
omsorgsfull bijvoeglijk naamwoord
-
precist bijvoeglijk naamwoord
-
-
sorgfältig (akkurat; genau; pünktlich; sicher; eigen; gewissenhaft; eingehend)
-
sorgfältig (vorsichtig; akkurat; bedachtsam)
försiktigt; omtänksamt; skonsamt; skonsam; varsam; varsamt-
försiktigt bijvoeglijk naamwoord
-
omtänksamt bijvoeglijk naamwoord
-
skonsamt bijvoeglijk naamwoord
-
skonsam bijvoeglijk naamwoord
-
varsam bijvoeglijk naamwoord
-
varsamt bijvoeglijk naamwoord
-
-
sorgfältig (gründlich; eingehend; sorgsam)
noggran; grundlig; grundligt; sorgfälligt-
noggran bijvoeglijk naamwoord
-
grundlig bijvoeglijk naamwoord
-
grundligt bijvoeglijk naamwoord
-
sorgfälligt bijvoeglijk naamwoord
-
-
sorgfältig (gründlich; genau; pünktlich; gerade; korrekt; sicher; akkurat; gewissenhaft; skrupulös; konsequent; strikt)
-
sorgfältig (gründlich)
-
sorgfältig (ängstlich; konzentriert; peinlilch genau)
nogräknat; noggrann; noga; noggrannt; skrupulös; sorgfälligt; samvetsömt; skrupulöst-
nogräknat bijvoeglijk naamwoord
-
noggrann bijvoeglijk naamwoord
-
noga bijvoeglijk naamwoord
-
noggrannt bijvoeglijk naamwoord
-
skrupulös bijvoeglijk naamwoord
-
sorgfälligt bijvoeglijk naamwoord
-
samvetsömt bijvoeglijk naamwoord
-
skrupulöst bijvoeglijk naamwoord
-
-
sorgfältig (große Sorge; sorgsam; fürsorglich)
-
sorgfältig (haarfein; genau; korrekt; knapp; eigen; pünktlich; treffend; strikt; hauchdünn; akkurat; hauchzart; geleckt; haargenau; hauchfein; haarscharf; tipp-topp; haarklein; piekfein)
Vertaal Matrix voor sorgfältig:
Synoniemen voor "sorgfältig":
Wiktionary: sorgfältig
sorgfältig
Cross Translation:
adjective
-
mit Sorgfalt
- sorgfältig → omsorgsfull; noggrann
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • sorgfältig | → noggrann; omsorgsfull; sorgfällig; grundlig; skrupulös; försiktig; betänksam; nogräknad | ↔ scrupulous — meticulous |
| • sorgfältig | → ackurat; prompt | ↔ exact — Qui suivre rigoureusement la vérité, la convention. |
| • sorgfältig | → punktlig; ackurat; prompt | ↔ ponctuel — Qui est exact |
| • sorgfältig | → ackurat; prompt; regelmässig | ↔ régulier — Qui a de la régularité, qui est conforme à des règles, soit naturelles, soit de convention ; qui est constant, uniforme. |
| • sorgfältig | → noggrann | ↔ soigneux — Faire avec soin, attention (sens général) |