Duits
Uitgebreide vertaling voor modisch (Duits) in het Zweeds
modisch:
-
modisch (modern; neuartig; in der Mode)
Vertaal Matrix voor modisch:
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
elegant | modisch | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
elegant | anmutig; ansehnlich; apart; elegant; fein; galant; gepflegt; geschmacksvoll; geschmackvoll; geschmeidig; grazil; graziös; schick; schik; stattlich; stilvoll | |
modern | im Trend; in der Mode; modern; modisch; mondän; neuartig; schick | aktuell; gleichzeitig; heutig; kontemporän; modern; neuzeitlich; populär; zeitgemäß; zeitgenössisch |
modernt | im Trend; in der Mode; modern; modisch; mondän; neuartig; schick | aktuell; derzeitig; fesch; flott; fortgeschritten; frisch; gegenwärtig; gleichzeitig; heutig; kontemporän; modern; mödisch; neu; neuzeitlich; populär; schick; unbenutzt; zeitgemäß; zeitgenössisch; zugegen |
Synoniemen voor "modisch":
mödisch:
-
mödisch (flott; schick; fesch)
chict; trendig; fashionabelt; chic; modernt; fashionabel; trendigt-
chict bijvoeglijk naamwoord
-
trendig bijvoeglijk naamwoord
-
fashionabelt bijvoeglijk naamwoord
-
chic bijvoeglijk naamwoord
-
modernt bijvoeglijk naamwoord
-
fashionabel bijvoeglijk naamwoord
-
trendigt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor mödisch:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
chic | fesch; flott; mödisch; schick | |
chict | fesch; flott; mödisch; schick | |
fashionabel | fesch; flott; mödisch; schick | |
fashionabelt | fesch; flott; mödisch; schick | |
modernt | fesch; flott; mödisch; schick | aktuell; derzeitig; fortgeschritten; frisch; gegenwärtig; gleichzeitig; heutig; im Trend; in der Mode; kontemporän; modern; modisch; mondän; neu; neuartig; neuzeitlich; populär; schick; unbenutzt; zeitgemäß; zeitgenössisch; zugegen |
trendig | fesch; flott; mödisch; schick | |
trendigt | fesch; flott; mödisch; schick |