Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Nadelöhr:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Nadelöhr (Duits) in het Zweeds

Nadelöhr:

Nadelöhr [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Nadelöhr (Öhr; Öse; Auglein; Äugelchen; Äuglein)
    nålsöga

Vertaal Matrix voor Nadelöhr:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nålsöga Auglein; Nadelöhr; Äugelchen; Äuglein; Öhr; Öse

Synoniemen voor "Nadelöhr":


Wiktionary: Nadelöhr

Nadelöhr
noun
  1. übertragen: Engstelle, beispielsweise im Straßenverkehr
  2. kreisförmige oder auch ovale Öffnung am Ende einer Nähnadel

Cross Translation:
FromToVia
Nadelöhr nålsöga; öga eye — hole in needle