Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Irrtümer

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Irrtümer

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Irrtümer:
- oriktighet; misstag; blunder; felsteg

Duits

Uitgebreide vertaling voor Irrtümer (Duits) in het Zweeds

Irrtümer:

Irrtümer [der ~] zelfstandig naamwoord

der Irrtümer (Mängel; Verstösse; Schnitzer)
oriktighet
- oriktighet [-en] zelfstandig naamwoord
der Irrtümer
misstag
- misstag [-ett] zelfstandig naamwoord
der Irrtümer (Verstösse)
misstag; blunder
- misstag [-ett] zelfstandig naamwoord
- blunder [-en] zelfstandig naamwoord
der Irrtümer (Schnitzer)
misstag; felsteg
- misstag [-ett] zelfstandig naamwoord
- felsteg [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Irrtümer:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
blunder	Irrtümer; Verstösse	Bock; Dummheit; Enormität; Fehler; Fehlgriff; Fehlschlag; Fehlschläge; Fehlschuß; Fehlschüsse; Irrtum; Mangel; Mißerfolg; Mißgriff; Schnitzer; Schwäche; Verfehlung; Verirrung; Versehen; Verstoß
felsteg	Irrtümer; Schnitzer	Fehler; Fehlgriff; Fehlschlag; Fehlschuß; Irrtum; Mißerfolg; Mißgriff; Verfehlung; Versehen
misstag	Irrtümer; Schnitzer; Verstösse	Fehler; Fehlgriff; Fehlschlag; Fehlschläge; Fehlschuß; Irrtum; Mißerfolg; Mißgriff; Schnitzer; Verfehlung; Versehen
oriktighet	Irrtümer; Mängel; Schnitzer; Verstösse	Oberflächlichkeit; Ungenauigkeit

Computer vertaling door derden: