Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: veranstalten

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: veranstalten

Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. veranstalten:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor veranstalten (Duits) in het Zweeds

veranstalten:

veranstalten werkwoord (veranstalte, veranstaltest, veranstaltet, veranstaltete, veranstaltetet, veranstaltet)

  1. veranstalten (aufstellen; regeln; organisieren; )
    anordna; ordna; arrangera; organisera
    • anordna werkwoord (anordnar, anordnade, anordnat)
    • ordna werkwoord (ordnar, ordnade, ordnat)
    • arrangera werkwoord (arrangerar, arrangerade, arrangerat)
    • organisera werkwoord (organiserar, organiserade, organiserat)

Conjugations for veranstalten:

Präsens
  1. veranstalte
  2. veranstaltest
  3. veranstaltet
  4. veranstalten
  5. veranstaltet
  6. veranstalten
Imperfekt
  1. veranstaltete
  2. veranstaltetest
  3. veranstaltete
  4. veranstalteten
  5. veranstaltetet
  6. veranstalteten
Perfekt
  1. habe veranstaltet
  2. hast veranstaltet
  3. hat veranstaltet
  4. haben veranstaltet
  5. habt veranstaltet
  6. haben veranstaltet
1. Konjunktiv [1]
  1. veranstalte
  2. veranstaltest
  3. veranstalte
  4. veranstalten
  5. veranstaltet
  6. veranstalten
2. Konjunktiv
  1. veranstaltete
  2. veranstaltetest
  3. veranstaltete
  4. veranstalteten
  5. veranstaltetet
  6. veranstalteten
Futur 1
  1. werde veranstalten
  2. wirst veranstalten
  3. wird veranstalten
  4. werden veranstalten
  5. werdet veranstalten
  6. werden veranstalten
1. Konjunktiv [2]
  1. würde veranstalten
  2. würdest veranstalten
  3. würde veranstalten
  4. würden veranstalten
  5. würdet veranstalten
  6. würden veranstalten
Diverses
  1. veranstalt!
  2. veranstaltet!
  3. veranstalten Sie!
  5. veranstaltet
  6. veranstaltend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor veranstalten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anordna Anhängerschaft
organisera Organisieren; Regeln
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anordna anordnen; aufbauen; aufstellen; ausrichten; bauen; deichseln; einrichten; erbauen; errichten; herrichten; organisieren; regeln; veranstalten aufbauen; aufstellen; bauen; eine Abmachung treffen; einrichten; einsetzen; erbauen; errichten; festlegen; installieren
arrangera anordnen; aufbauen; aufstellen; ausrichten; bauen; deichseln; einrichten; erbauen; errichten; herrichten; organisieren; regeln; veranstalten arrangieren; aufbauen; aufstellen; bauen; einrichten; einsetzen; erbauen; errichten; festlegen; installieren
ordna anordnen; aufbauen; aufstellen; ausrichten; bauen; deichseln; einrichten; erbauen; errichten; herrichten; organisieren; regeln; veranstalten Maßregeln treffen; ablegen; anordnen; archivieren; aufbauen; aufheben; aufstellen; auftragen; ausrichten; bauen; befehlen; diktieren; ebnen; einordnen; einrichten; einsetzen; einteilen; erbauen; errichten; festlegen; gebieten; gliedern; herrichten; in Reih und Glied aufstellen; inOrdnungbringen; installieren; klassifizieren; ordnen; organisieren; regeln; reglementieren; regulieren; scharen; steuern; verordnen; versammeln; vorschreiben
organisera anordnen; aufbauen; aufstellen; ausrichten; bauen; deichseln; einrichten; erbauen; errichten; herrichten; organisieren; regeln; veranstalten führen; koordinieren; leiten; lenken; ordnen; organisieren; regeln; regulieren; steuern

Synoniemen voor "veranstalten":


Wiktionary: veranstalten

Cross Translation:
FromToVia
• veranstalten → anpassa; ordna; anrätta; tillaga; frisera; tilltyga; förlika; försona; passa ↔ accommoder — donner, procurer de la commodité.
• veranstalten → arrangera; inreda ↔ arranger — arranger (transitive) (fr)
• veranstalten → arrangera; inreda ↔ disposer — arranger, mettre dans l’ordre le plus convenable.

Verwante vertalingen van veranstalten







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0296 seconde
Page rendered in 1.0 seconds