Overzicht
Duits naar Zweeds: Meer gegevens...
-
unmittelbar:
- nästan; omedelbart; omedelbar; rakt på sak; ögonblickligt; nu; direkt; rakt; rak
- Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor unmittelbar (Duits) in het Zweeds
unmittelbar:
-
unmittelbar (nah genug; sofortig; schier; alsbald; direkt; auf der Stelle)
-
unmittelbar (geradlinig; direkt; schnurgerade; kerzengerade)
-
unmittelbar (ungeschminkt; direkt; unverblümt)
rakt på sak-
rakt på sak bijvoeglijk naamwoord
-
-
unmittelbar (sofortig; augenblicklich; direkt; auf der Stelle)
omedelbart; ögonblickligt; omedelbar-
omedelbart bijvoeglijk naamwoord
-
ögonblickligt bijvoeglijk naamwoord
-
omedelbar bijvoeglijk naamwoord
-
-
unmittelbar (unverzüglich; sofortig; direkt; auf der Stelle; prompt; augenblicklich)
-
unmittelbar (frontal; klassenweise; schnell; direkt; sofortig; schnurgerade; auf der Stelle)
rakt; omedelbart; rak; omedelbar-
rakt bijvoeglijk naamwoord
-
omedelbart bijvoeglijk naamwoord
-
rak bijvoeglijk naamwoord
-
omedelbar bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor unmittelbar:
Synoniemen voor "unmittelbar":
Wiktionary: unmittelbar
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• unmittelbar | → omedelbar; direkt | ↔ direct — Straight, constant, without interruption |
• unmittelbar | → omedelbar | ↔ immediate — very close |
• unmittelbar | → rak; rät | ↔ direct — Qui est droit, qui ne taire aucun détour. |
• unmittelbar | → rak; rät; lojal | ↔ droit — Qui est du côté opposé à celui de son cœur (en supposant que son cœur est du même côté que pour la majorité des être humain), ou encore du côté de celui de la main qui sert à écrire chez la majorité (dans le cas où on parle de soi, car on utilise cet adjectif en adoptant le point de vue de la |