Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Landschaft:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor -landschaft (Duits) in het Zweeds

Landschaft:

Landschaft [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Landschaft (Land)
    landskap
  2. die Landschaft (Heimatland; Heimat; Herkunftsland; )
    hemland
    • hemland [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Landschaft:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hemland Geburtsland; Heimat; Heimatboden; Heimatland; Herkunftsland; Land; Landschaft; Nation Haus und Herd; Heimat; Heimatboden; Heimatland
landskap Land; Landschaft Bereich; Bezirk; Gebiet; Gegend; Landstrich; Ort; Provinz; Rechtsgebiet; Region; Zone

Synoniemen voor "Landschaft":


Wiktionary: Landschaft

Landschaft
noun
  1. ein charakteristisch gegliederter Teil eines Ganzes oft in Verbindungen nach dem Muster: -landschaft
  2. Geografie: ein Teil der Erdoberfläche, der sich durch seine einzigartigen physischen und kulturellen Merkmale von der Umgebung abhebt.

Cross Translation:
FromToVia
Landschaft landet; landsbygd; landsort country — the country, rural area, as opposed to the town or city
Landschaft landskap paysage — géographie|fr agri|fr jardi|fr étendue de territoire que l’on peut voir.

Verwante vertalingen van -landschaft