Duits
Uitgebreide vertaling voor Zeitspanne (Duits) in het Zweeds
Zeitspanne:
-
die Zeitspanne (Dauer; Länge)
-
die Zeitspanne (Periode; Termin; Zeitraum; Spanne; Abschnitt; Zwischenzeit; Zeitabschnitt)
-
die Zeitspanne (Zeitraum)
-
die Zeitspanne (Einsendeschluß; Frist; Termin; Zeitraum; Zeitabschnitt; Zeitbestimmung; Zeitlimit; Phase; Spielzeit)
tidsgräns; sista dagen för inlämning; sista dagen för underskrift-
tidsgräns zelfstandig naamwoord
-
sista dagen för inlämning zelfstandig naamwoord
-
sista dagen för underskrift zelfstandig naamwoord
-
-
die Zeitspanne (Zeitraum; Periode; Abschnitt; Spanne; Zeitabschnitt)
-
die Zeitspanne
kort stund-
kort stund zelfstandig naamwoord
-
Vertaal Matrix voor Zeitspanne:
Synoniemen voor "Zeitspanne":
Wiktionary: Zeitspanne
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Zeitspanne | → stund; tag | ↔ while — uncertain duration of time, a period of time |
• Zeitspanne | → fönster | ↔ window — period of time |