Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Mantel

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Mantel

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Mantel:
- rock; överrock; jacka; kappa; päls; mantel
Mäntel:
- kavaj; jacka; överrockar
Wiktionary:
- Mantel → rock, kappa, hölje, mantel
- Mantel → rock, kappa

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

mantel:
- Mantel; Gewand
Wiktionary:
- mantel → Mantel, Heuke, Capa
- mantel → Pelerine, Umhang, Deckmantel

Duits

Uitgebreide vertaling voor Mantel (Duits) in het Zweeds

Mantel:

Mantel [der ~] zelfstandig naamwoord

der Mantel (Jacke)
rock; överrock
- rock [-en] zelfstandig naamwoord
- överrock [-en] zelfstandig naamwoord
der Mantel (Gewand)
jacka; rock; kappa; päls; mantel; överrock
- jacka [-en] zelfstandig naamwoord
- rock [-en] zelfstandig naamwoord
- kappa [-en] zelfstandig naamwoord
- päls [-en] zelfstandig naamwoord
- mantel [-en] zelfstandig naamwoord
- överrock [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Mantel:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
jacka	Gewand; Mantel	Jacke; Joppe; Kittel; Mäntel; Sakko; Schürze; kurze Jacke
kappa	Gewand; Mantel	Capes; Umhänge
mantel	Gewand; Mantel
päls	Gewand; Mantel	Pelzrand
rock	Gewand; Jacke; Mantel
överrock	Gewand; Jacke; Mantel

Synoniemen voor "Mantel":

Jacke; Janker; Joppe; Rock; Schamper; Klamotte; Kleidungsstück

Wiktionary: Mantel

Mantel

noun

langes, geknöpftes, am Oberkörper getragenes Bekleidungsstück mit Ärmeln
- Mantel → rock; kappa
schützende Hülle, Umhüllung
- Mantel → hölje; mantel

Cross Translation:

From	To	Via
• Mantel	→ rock	↔ coat — outer garment covering the upper torso and arms
• Mantel	→ kappa	↔ manteau — Vêtement

Mäntel:

Mäntel [die ~] zelfstandig naamwoord

die Mäntel
kavaj; jacka
- kavaj [-en] zelfstandig naamwoord
- jacka [-en] zelfstandig naamwoord
die Mäntel
överrockar
- överrockar zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Mäntel:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
jacka	Mäntel	Gewand; Jacke; Joppe; Kittel; Mantel; Sakko; Schürze; kurze Jacke
kavaj	Mäntel
överrockar	Mäntel

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Mantel (Zweeds) in het Duits

mantel:

mantel [-en] zelfstandig naamwoord

mantel (jacka; rock; kappa; päls; överrock)
der Mantel; Gewand
- Mantel [der ~] zelfstandig naamwoord
- Gewand [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mantel:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Gewand	jacka; kappa; mantel; päls; rock; överrock	vana
Mantel	jacka; kappa; mantel; päls; rock; överrock	rock; överrock

Synoniemen voor "mantel":

cape

Wiktionary: mantel

mantel

noun

schützende Hülle, Umhüllung
- Mantel → hölje; mantel
mantelartiger Überwurf
- Heuke → mantel; kjortel
mittelalterliches Gewand mit offenen Halbärmeln
- Capa → mantel

Cross Translation:

From	To	Via
• mantel	→ Pelerine; Umhang	↔ cloak — cape
• mantel	→ Deckmantel	↔ cloak — blanket-like covering, often metaphorical