Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Schauer

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Schauer

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Schauer:
- skurar; skakningar
Wiktionary:
- Schauer → regnskur, skur
- Schauer → skur

Duits

Uitgebreide vertaling voor Schauer (Duits) in het Zweeds

Schauer:

Schauer [der ~] zelfstandig naamwoord

der Schauer
skurar
- skurar zelfstandig naamwoord
der Schauer (Schauder)
skakningar
- skakningar zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Schauer:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
skakningar	Schauder; Schauer
skurar	Schauer

Synoniemen voor "Schauer":

Guss; Husche; Platzregen; Regenguss; Regenschauer; Sturzregen; Wolkenbruch; Niederschlag

Wiktionary: Schauer

Schauer

noun

Regenschauer: kurzer, heftiger Niederschlag analog: Schneeschauer
- Schauer → regnskur; skur

Cross Translation:

From	To	Via
• Schauer	→ skur	↔ shower — brief fall of rain