Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Läufigkeit:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Läufigkeit (Duits) in het Zweeds

Läufigkeit:

Läufigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Läufigkeit (Hitze; Hitzigkeit)
    brunst; upphetsning; hetsighet

Vertaal Matrix voor Läufigkeit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
brunst Hitze; Hitzigkeit; Läufigkeit
hetsighet Hitze; Hitzigkeit; Läufigkeit Heftigkeit; Leidenschaftlichkeit; Zornigkeit
upphetsning Hitze; Hitzigkeit; Läufigkeit Entzücken; Fröhlichkeit; Hektik; Nervosität; Ruhelosigkeit; Streß; Unruhe

Wiktionary: Läufigkeit


Cross Translation:
FromToVia
Läufigkeit löptid; brunst heat — condition where a mammal is aroused sexually or where it is especially fertile

Computer vertaling door derden: