Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Ausdauer

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Ausdauer

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Ausdauer:
- uthärdning; enträgenhet; fortsättning; uthållande
- framhärdad
Wiktionary:
- Ausdauer → uthållighet
- Ausdauer → ihärdighet

Duits

Uitgebreide vertaling voor Ausdauer (Duits) in het Zweeds

Ausdauer:

Ausdauer [die ~] zelfstandig naamwoord

die Ausdauer
uthärdning
- uthärdning zelfstandig naamwoord
die Ausdauer (Standhalten; Standhaftigkeit; Beharrlichkeit; Beharrung; Zähigkeit)
enträgenhet; fortsättning; uthållande
- enträgenhet zelfstandig naamwoord
- fortsättning [-en] zelfstandig naamwoord
- uthållande zelfstandig naamwoord

Ausdauer [der ~] zelfstandig naamwoord

der Ausdauer (Standhaftigkeit; Beharrlichkeit; Beharrung; Zähigkeit)
framhärdad
- framhärdad zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Ausdauer:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
enträgenhet	Ausdauer; Beharrlichkeit; Beharrung; Standhaftigkeit; Standhalten; Zähigkeit
fortsättning	Ausdauer; Beharrlichkeit; Beharrung; Standhaftigkeit; Standhalten; Zähigkeit	Fortdauern
framhärdad	Ausdauer; Beharrlichkeit; Beharrung; Standhaftigkeit; Zähigkeit
uthärdning	Ausdauer
uthållande	Ausdauer; Beharrlichkeit; Beharrung; Standhaftigkeit; Standhalten; Zähigkeit

Synoniemen voor "Ausdauer":

Beharrlichkeit; Geduld
Resilienz; Robustheit; Widerstandsfähigkeit; Zähheit; Zähigkeit
Durchhaltevermögen; Kondition; langer Atem

Wiktionary: Ausdauer

Ausdauer

noun

Fähigkeit, etwas über längere Zeit unnachgiebig, beständig durchzuhalten
- Ausdauer → uthållighet

Cross Translation:

From	To	Via
• Ausdauer	→ ihärdighet	↔ perseverance — persistent determination to adhere to a course of action; insistence