Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: marschieren

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: marschieren

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

marschieren:
- Wiktionary:
  marschieren → marschera, tåga, gå, vandra, trampa, följa, gå ihop, lura sig, avancera, vara i gång, utveckla sig
- Synoniemen voor "marschieren":
  im Gleichschritt gehen; in Reih und Glied gehen

Duits

Uitgebreide vertaling voor marschieren (Duits) in het Zweeds

marschieren:

Synoniemen voor "marschieren":

im Gleichschritt gehen; in Reih und Glied gehen

Wiktionary: marschieren

marschieren

(intransitiv): in schnellerem Tempo eine längere Strecke zu Fuß zurücklegen
- marschieren → marschera
(intransitiv): in geschlossener Reihe (und gleichem Schritt) gehen
- marschieren → marschera

Cross Translation:

From	To	Via
• marschieren	→ tåga; marschera	↔ march — walk with long, regular strides
• marschieren	→ gå; vandra; trampa; följa; gå ihop; lura sig; avancera; tåga; marschera; vara i gång; utveckla sig	↔ marcher — Se déplacer par un mouvement alternatif des jambes ou des pattes, en ayant toujours un appui au sol.