Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Brausen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor brausen (Duits) in het Zweeds

brausen:


Synoniemen voor "brausen":


Wiktionary: brausen

brausen
verb
  1. sehr schnell irgendwohin fahren
  2. laute gleichmäßige Geräusche von sich geben

Cross Translation:
FromToVia
brausen koka bouillir — Être dans l’état d’ébullition. Se dit proprement des liquides, lorsque la chaleur ou la fermentation y produit un mouvement et qu’il se forme des bulles à la surface.
brausen förebrå; förevita; råma; hota gronder — Faire entendre un bruit sourd, parler des animaux, du tonnerre ou du vent.

Brausen:

Brausen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Brausen (Sprudeln)
    sprudlande

Vertaal Matrix voor Brausen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sprudlande Brausen; Sprudeln Blitzen; Flimmern; Funkeln; Schimmern; Sprudelen; Sprudeln
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sprudlande blendend; brilliant; leuchtend

Synoniemen voor "Brausen":


Verwante vertalingen van brausen