Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Zelle:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Zelle (Duits) in het Zweeds

Zelle:

Zelle [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Zelle (Einsiedlerhütte)
    eremitage
  2. die Zelle
    cell
    • cell [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Zelle:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cell Zelle Cello
eremitage Einsiedlerhütte; Zelle

Synoniemen voor "Zelle":

  • Gefängniszelle; Haftraum; Verwahrraum
  • Gewebezelle; Teil eines Lebewesens

Wiktionary: Zelle

Zelle
noun
  1. allgemein: ein kleiner Raum, in den man sich einschließt oder in dem man eingeschlossen wird
  2. Biologie: Bezeichnung für die kleinste Einheit eines Lebewesens

Cross Translation:
FromToVia
Zelle cell cell — room in a prison for containing inmates
Zelle cell cell — basic unit of a living organism
Zelle cell cel — de kleinste eenheid binnen een levend organisme waarin alle genetische informatie vervat zit
Zelle element élémentpartie unitaire d’un ensemble.