Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. fragen:
  2. Fragen:
  3. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor fragen (Duits) in het Zweeds

fragen:

fragen werkwoord (frage, fragst, fragt, fragte, fragtet, gefragt)

  1. fragen (beantragen; bitten; ersuchen; )
    anhålla om; bönfalla; petitionera
    • anhålla om werkwoord (anhåller om, anhöll om, anhållit)
    • bönfalla werkwoord (bönfallar, bönfallade, bönfallat)
    • petitionera werkwoord (petitionerar, petitionerade, petitionerat)
  2. fragen (eine Frage stellen)
    fråga
    • fråga werkwoord (frågar, frågade, frågat)
  3. fragen
    fråga sig
    • fråga sig werkwoord (frågar sig, frågade sig, frågat sig)
  4. fragen (sich nach erkundigen; informieren; nachfragen)
    efterlysa; informera efter
    • efterlysa werkwoord (efterlyser, efterlyste, efterlyst)
    • informera efter werkwoord (informerar efter, informerade efter, informerat efter)

Conjugations for fragen:

Präsens
  1. frage
  2. fragst
  3. fragt
  4. fragen
  5. fragt
  6. fragen
Imperfekt
  1. fragte
  2. fragtest
  3. fragte
  4. fragten
  5. fragtet
  6. fragten
Perfekt
  1. habe gefragt
  2. hast gefragt
  3. hat gefragt
  4. haben gefragt
  5. habt gefragt
  6. haben gefragt
1. Konjunktiv [1]
  1. frage
  2. fragest
  3. frage
  4. fragen
  5. fraget
  6. fragen
2. Konjunktiv
  1. fragte
  2. fragtest
  3. fragte
  4. fragten
  5. fragtet
  6. fragten
Futur 1
  1. werde fragen
  2. wirst fragen
  3. wird fragen
  4. werden fragen
  5. werdet fragen
  6. werden fragen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde fragen
  2. würdest fragen
  3. würde fragen
  4. würden fragen
  5. würdet fragen
  6. würden fragen
Diverses
  1. frage!
  2. fragt!
  3. fragen Sie!
  4. gefragt
  5. fragend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor fragen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fråga Abfrage; Anfrage; Angelegenheit; Fall; Frage; Interpellation; Problem; Sache; Streitfrage; Substanz
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anhålla om anfordern; anfragen; ansuchen; beantragen; bitten; ersuchen; fragen ansuchen; beantragen; einen Antrag machen; ersuchen
bönfalla anfordern; anfragen; ansuchen; beantragen; bitten; ersuchen; fragen anfragen; ansuchen; beantragen; beten; betteln; bitten; ersuchen; flehen
efterlysa fragen; informieren; nachfragen; sich nach erkundigen
fråga eine Frage stellen; fragen anfragen; ansuchen; ausforschen; beantragen; befragen; beten; betteln; bitten; erforschen; erfragen; ergründen; erkunden; erproben; ersuchen; fahnden; flehen; forschen; informieren; nachforschen; nachfragen; nachgehen; nachspüren; prüfen; sich fragen; spüren; suchen; untersuchen; verwundern; überprüfen
fråga sig fragen
informera efter fragen; informieren; nachfragen; sich nach erkundigen
petitionera anfordern; anfragen; ansuchen; beantragen; bitten; ersuchen; fragen

Synoniemen voor "fragen":


Wiktionary: fragen

fragen
verb
  1. (transitiv) eine Auskunft erbitten, um eine Auskunft bitten, eine Frage stellen

Cross Translation:
FromToVia
fragen fråga; ställa; spörja ask — request an answer
fragen fråga question — ask questions of
fragen fråga vragen — mondeling of schriftelijk informatie verzoeken
fragen ansöka; bedja; fråga; spörja; anmoda demander — Indiquer à quelqu’un par des paroles, par un écrit ou tout autre moyen ce qu’on désire obtenir de lui.

Fragen:

Fragen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Fragen (Versuchen)
    frågor

Vertaal Matrix voor Fragen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
frågor Fragen; Versuchen Problem; Problematik

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van fragen



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor fragen (Zweeds) in het Duits

fragen: (*Woord en zin splitter gebruikt)

Computer vertaling door derden: