Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: befremdend

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: befremdend

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

befremden:
- verbazen; verwonderen; verbijsteren; bevreemden
Wiktionary:
- befremdend → eigenaardig, gek, raar, vreemd, vreemdsoortig, wonderlijk, curieus, typisch, bijzonder, buitengewoon, bizar
- befremden → betrappen, snappen, verrassen

Duits

Uitgebreide vertaling voor befremdend (Duits) in het Nederlands

befremdend:

Synoniemen voor "befremdend":

aberwitzig; absonderlich; absurd; befremdlich; bizarr; eigenartig; eigentümlich; eigenwillig; grotesk; kauzig; komisch; kurios; lächerlich; merkwürdig; skurril; sonderbar; verquer; verschroben
paradox; seltsam; ungewöhnlich

Wiktionary: befremdend

Cross Translation:

From	To	Via
• befremdend	→ eigenaardig; gek; raar; vreemd; vreemdsoortig; wonderlijk; curieus; typisch; bijzonder; buitengewoon; bizar	↔ singulier — Qui est différent ou particulier, qui ne ressembler pas aux autres.
• befremdend	→ eigenaardig; gek; raar; vreemd; vreemdsoortig; wonderlijk	↔ étrange — Qui est en dehors de l’ordre, de l’usage commun ; qui est singulier, extraordinaire.

befremden:

befremden werkwoord (befremde, befremdest, befremdet, befremdete, befremdetet, befremdet)

befremden (erstaunen; verwundern; wundern; inErstaunensetzen)
verbazen; verwonderen; verbijsteren; bevreemden
- verbazen werkwoord (verbaas, verbaast, verbaasde, verbaasden, verbaasd)
- verwonderen werkwoord (verwonder, verwondert, verwonderde, verwonderden, verwonderd)
- verbijsteren werkwoord (verbijster, verbijstert, verbijsterde, verbijsterden, verbijsterd)
- bevreemden werkwoord (bevreemd, bevreemdt, bevreemdde, bevreemdden, bevreemd)

Conjugations for befremden:

Präsens

befremde
befremdest
befremdet
befremden
befremdet
befremden

Imperfekt

befremdete
befremdetest
befremdete
befremdeten
befremdetet
befremdeten

Perfekt

habe befremdet
hast befremdet
hat befremdet
haben befremdet
habt befremdet
haben befremdet

1. Konjunktiv [1]

befremde
befremdest
befremde
befremden
befremdet
befremden

2. Konjunktiv

befremdete
befremdetest
befremdete
befremdeten
befremdetet
befremdeten

Futur 1

werde befremden
wirst befremden
wird befremden
werden befremden
werdet befremden
werden befremden

1. Konjunktiv [2]

würde befremden
würdest befremden
würde befremden
würden befremden
würdet befremden
würden befremden

Diverses

befremd!
befremdet!
befremden Sie!
befremdet
befremdend

1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor befremden:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bevreemden	befremden; erstaunen; inErstaunensetzen; verwundern; wundern
verbazen	befremden; erstaunen; inErstaunensetzen; verwundern; wundern
verbijsteren	befremden; erstaunen; inErstaunensetzen; verwundern; wundern
verwonderen	befremden; erstaunen; inErstaunensetzen; verwundern; wundern	sich fragen; verwundern

Synoniemen voor "befremden":

abalinieren; entfremden; verfremden

Wiktionary: befremden

Cross Translation:

From	To	Via
• befremden	→ betrappen; snappen; verrassen	↔ surprendre — prendre sur le fait, trouver dans une action, dans un état où on ne croire pas voir, en parlant de quelqu’un.