Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. vorrätig:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor vorrätig (Duits) in het Nederlands

vorrätig:

vorrätig bijvoeglijk naamwoord

  1. vorrätig (auf Lager)
    aanwezig; voorradig; in voorraad; voorhanden; op voorraad
  2. vorrätig (verfügbar; vorhanden; zur Verfügung; auf Lager)
    beschikbare

Vertaal Matrix voor vorrätig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanwezig auf Lager; vorrätig anwesend; zugegen
op voorraad auf Lager; vorrätig erhältlich; lieferbar
voorhanden auf Lager; vorrätig
voorradig auf Lager; vorrätig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beschikbare auf Lager; verfügbar; vorhanden; vorrätig; zur Verfügung
in voorraad auf Lager; vorrätig

Synoniemen voor "vorrätig":


Wiktionary: vorrätig


Cross Translation:
FromToVia
vorrätig vooradig; voorradige; op stock; in voorraad stock — normally available for purchase