Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
- vorlaut:
-
Wiktionary:
- vorlaut → oneerbiedig, spottend
Duits
Uitgebreide vertaling voor vorlaut (Duits) in het Nederlands
vorlaut:
-
vorlaut (naseweis; vorwitzig)
eigenwijs; eigengereid; eigenzinnig-
eigenwijs bijvoeglijk naamwoord
-
eigengereid bijvoeglijk naamwoord
-
eigenzinnig bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor vorlaut:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
eigengereid | naseweis; vorlaut; vorwitzig | |
eigenwijs | naseweis; vorlaut; vorwitzig | aufsässig; dickköpfig; eigensinnig; eigenwillig; schwerhandhabbar; schwierig; starr; starrköpfig; starrsinnig; störrisch; trotzig; ungebärdig; unwillig; widerborstig; widersetzlich; widerspenstig; widerwillig |
eigenzinnig | naseweis; vorlaut; vorwitzig | aufsässig; dickköpfig; eigensinnig; eigenwillig; schwerhandhabbar; schwierig; starr; starrköpfig; starrsinnig; störrisch; trotzig; ungebärdig; unwillig; widerborstig; widersetzlich; widerspenstig; widerwillig |
Synoniemen voor "vorlaut":
Wiktionary: vorlaut
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vorlaut | → oneerbiedig; spottend | ↔ flippant — lacking respect |
Computer vertaling door derden: