Duits
Uitgebreide vertaling voor vor sich her schieben (Duits) in het Nederlands
vor sich her schieben:
-
vor sich her schieben (vorschieben)
opschuiven; voorschuiven; duwen; vooruitschuiven-
voorschuiven werkwoord
-
vooruitschuiven werkwoord (schuif vooruit, schuift vooruit, schoof vooruit, schoven vooruit, vooruitgeschoven)
Vertaal Matrix voor vor sich her schieben:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
duwen | Stöße | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
duwen | vor sich her schieben; vorschieben | dringen; drücken; fortdrücken; fortschieben; schieben; vor sich hertreiben; vorwärts treiben |
opschuiven | vor sich her schieben; vorschieben | aufrücken; aufschieben; einrücken; hinausschieben; rücken; setzen; sichversetzen; umstellen; verlegen; verrücken; verschieben; versetzen; verstellen; vertagen; zur Seite rücken; zusammenrücken |
voorschuiven | vor sich her schieben; vorschieben | begünstigen; bevorrechten; bevorzugen; jemand begunstigen; vorgeben; vorschieben; vorschießen; vortäuschen |
vooruitschuiven | vor sich her schieben; vorschieben |