Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
- vierteljährlich:
-
Wiktionary:
- vierteljährlich → driemaandelijks
Duits
Uitgebreide vertaling voor vierteljährlich (Duits) in het Nederlands
vierteljährlich:
-
vierteljährlich
kwartaalsgewijs; per kwartaal; driemaandelijks-
kwartaalsgewijs bijvoeglijk naamwoord
-
per kwartaal bijvoeglijk naamwoord
-
driemaandelijks bijvoeglijk naamwoord
-
-
vierteljährlich
Vertaal Matrix voor vierteljährlich:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
driemaandelijks | vierteljährlich | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Kwartair | vierteljährlich | |
kwartaalsgewijs | vierteljährlich | |
per kwartaal | vierteljährlich |
Synoniemen voor "vierteljährlich":
Wiktionary: vierteljährlich
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vierteljährlich | → driemaandelijks | ↔ quarterly — once every quarter year |
• vierteljährlich | → driemaandelijks | ↔ trimestriellement — Quatre fois par an (1): |