Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. vierteljährlich:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor vierteljährlich (Duits) in het Nederlands

vierteljährlich:

vierteljährlich bijvoeglijk naamwoord

  1. vierteljährlich
    kwartaalsgewijs; per kwartaal; driemaandelijks
  2. vierteljährlich
    Kwartair

Vertaal Matrix voor vierteljährlich:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
driemaandelijks vierteljährlich
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Kwartair vierteljährlich
kwartaalsgewijs vierteljährlich
per kwartaal vierteljährlich

Synoniemen voor "vierteljährlich":


Wiktionary: vierteljährlich


Cross Translation:
FromToVia
vierteljährlich driemaandelijks quarterly — once every quarter year
vierteljährlich driemaandelijks trimestriellement — Quatre fois par an (1):