Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
- verwirklicht:
- verwirklichen:
-
Wiktionary:
- verwirklichen → bewerkstelligen, realiseren, verwerkelijken, uitvoeren, nakomen, naleven, verrichten, vervullen, voltrekken, doorvoeren, tot stand brengen, verwezenlijken
Duits
Uitgebreide vertaling voor verwirklicht (Duits) in het Nederlands
verwirklicht:
-
verwirklicht
gerealiseerd; verwezenlijkt; verwerkelijkt-
gerealiseerd bijvoeglijk naamwoord
-
verwezenlijkt bijvoeglijk naamwoord
-
verwerkelijkt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor verwirklicht:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
gerealiseerd | verwirklicht | |
verwerkelijkt | verwirklicht | |
verwezenlijkt | verwirklicht |
verwirklichen:
verwirklichen werkwoord (verwirkliche, verwirklichst, verwirklicht, verwirklichte, verwirklichtet, verwirklicht)
-
verwirklichen (realisieren; zustande bringen; vollführen; schaffen; bilden; zurechtbringen)
realiseren; bewerkstelligen; verwezenlijken; verwerkelijken-
bewerkstelligen werkwoord (bewerkstellig, bewerkstelligt, bewerkstelligde, bewerkstelligden, bewerkstelligd)
-
verwezenlijken werkwoord (verwezenlijk, verwezenlijkt, verwezenlijkte, verwezenlijkten, verwezenlijkt)
-
verwerkelijken werkwoord (verwerkelijk, verwerkelijkt, verwerkelijkte, verwerkelijkten, verwerkelijkt)
-
verwirklichen (wahrmachen)
Conjugations for verwirklichen:
Präsens
- verwirkliche
- verwirklichst
- verwirklicht
- verwirklichen
- verwirklicht
- verwirklichen
Imperfekt
- verwirklichte
- verwirklichtest
- verwirklichte
- verwirklichten
- verwirklichtet
- verwirklichten
Perfekt
- habe verwirklicht
- hast verwirklicht
- hat verwirklicht
- haben verwirklicht
- habt verwirklicht
- haben verwirklicht
1. Konjunktiv [1]
- verwirkliche
- verwirklichest
- verwirkliche
- verwirklichen
- verwirklichet
- verwirklichen
2. Konjunktiv
- verwirklichte
- verwirklichtest
- verwirklichte
- verwirklichten
- verwirklichtet
- verwirklichten
Futur 1
- werde verwirklichen
- wirst verwirklichen
- wird verwirklichen
- werden verwirklichen
- werdet verwirklichen
- werden verwirklichen
1. Konjunktiv [2]
- würde verwirklichen
- würdest verwirklichen
- würde verwirklichen
- würden verwirklichen
- würdet verwirklichen
- würden verwirklichen
Diverses
- verwirklich!
- verwirklicht!
- verwirklichen Sie!
- verwirklicht
- verwirklichend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor verwirklichen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bewerkstelligen | bilden; realisieren; schaffen; verwirklichen; vollführen; zurechtbringen; zustande bringen | bewirken; durchsetzen; fertigbringen; hinkriegen; schaffen; vollbringen; vollführen |
realiseren | bilden; realisieren; schaffen; verwirklichen; vollführen; zurechtbringen; zustande bringen | begreifen; durchschauen; einsehen; erkennen; fassen; kapieren; realisieren; verstehen |
verwerkelijken | bilden; realisieren; schaffen; verwirklichen; vollführen; zurechtbringen; zustande bringen | |
verwezenlijken | bilden; realisieren; schaffen; verwirklichen; vollführen; zurechtbringen; zustande bringen | |
waarmaken | verwirklichen; wahrmachen |
Synoniemen voor "verwirklichen":
Wiktionary: verwirklichen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verwirklichen | → bewerkstelligen; realiseren; verwerkelijken; uitvoeren; nakomen; naleven; verrichten; vervullen; voltrekken; doorvoeren; tot stand brengen; verwezenlijken | ↔ réaliser — construire |