Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
- verfassen:
-
Wiktionary:
- verfassen → redigeren, opschrijven, schrijven, componeren, maken, scheppen, zetten, samenstellen
Duits
Uitgebreide vertaling voor verfassen (Duits) in het Nederlands
verfassen:
-
verfassen (herstellen; produzieren; machen; verfertigen; anfertigen; fabrizieren; entwickeln; erzeugen; fertigbringen; vorbringen; zeugen)
Conjugations for verfassen:
Präsens
- verfasse
- verfasst
- verfasst
- verfassen
- verfasst
- verfassen
Imperfekt
- verfasste
- verfasstest
- verfasste
- verfassten
- verfasstet
- verfassten
Perfekt
- habe verfaßt
- hast verfaßt
- hat verfaßt
- haben verfaßt
- habt verfaßt
- haben verfaßt
1. Konjunktiv [1]
- verfasse
- verfassest
- verfasse
- verfassen
- verfasset
- verfassen
2. Konjunktiv
- verfassete
- verfassetest
- verfassete
- verfasseten
- verfassetet
- verfasseten
Futur 1
- werde verfassen
- wirst verfassen
- wird verfassen
- werden verfassen
- werdet verfassen
- werden verfassen
1. Konjunktiv [2]
- würde verfassen
- würdest verfassen
- würde verfassen
- würden verfassen
- würdet verfassen
- würden verfassen
Diverses
- verfass!
- verfasst!
- verfassen Sie!
- verfaßt
- verfassend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor verfassen:
Synoniemen voor "verfassen":
Wiktionary: verfassen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verfassen | → redigeren | ↔ compose — to construct by mental labor; to think up |
• verfassen | → opschrijven; schrijven | ↔ pen — to write |
• verfassen | → schrijven | ↔ write — to be the author of |
• verfassen | → componeren; maken; scheppen; schrijven; zetten; samenstellen | ↔ composer — former un tout de l’assemblage de plusieurs parties, parler des choses physiques et des choses morales. |
• verfassen | → schrijven | ↔ écrire — Créer une représentation à l’aide de symboles |