Overzicht
Duits
Uitgebreide vertaling voor verfänglich (Duits) in het Nederlands
verfänglich:
-
verfänglich (prekär; lästig; schwierig; schlimm; heikel; mißlich; furchtbar; unbequem; unangenehm; brenzlig; schwer; peinlich; gefährlich; drohend; beschwerlich; hinderlich; delikat; zudringlich; feindlich; unbestimmt; bedrohlich; aufdringlich; mäkelig)
Vertaal Matrix voor verfänglich:
Synoniemen voor "verfänglich":
Computer vertaling door derden: