Duits
Uitgebreide vertaling voor unfaßbar (Duits) in het Nederlands
unfaßbar:
-
unfaßbar (unbegreiflich; unverständlich)
onbegrijpelijk-
onbegrijpelijk bijvoeglijk naamwoord
-
-
unfaßbar (undurchschaubar; unverständlich; unergründlich; unbegreiflich; unerforschlich; undurchdringlich)
ondoorgrondelijk; onbevattelijk; onpeilbaar-
ondoorgrondelijk bijvoeglijk naamwoord
-
onbevattelijk bijvoeglijk naamwoord
-
onpeilbaar bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor unfaßbar:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
onbegrijpelijk | unbegreiflich; unfaßbar; unverständlich | |
onbevattelijk | unbegreiflich; undurchdringlich; undurchschaubar; unerforschlich; unergründlich; unfaßbar; unverständlich | |
ondoorgrondelijk | unbegreiflich; undurchdringlich; undurchschaubar; unerforschlich; unergründlich; unfaßbar; unverständlich | |
onpeilbaar | unbegreiflich; undurchdringlich; undurchschaubar; unerforschlich; unergründlich; unfaßbar; unverständlich | ausdruckslos; undurchdringlich; undurchschaubar; unerforschlich; unergründlich |