Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. umliegend:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor umliegend (Duits) in het Nederlands

umliegend:

umliegend bijvoeglijk naamwoord

  1. umliegend (angrenzend; anliegend)
    omliggend; naburig; belendend

Vertaal Matrix voor umliegend:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
belendend angrenzend; anliegend; umliegend angrenzend; anliegend; benachbart
naburig angrenzend; anliegend; umliegend
omliggend angrenzend; anliegend; umliegend

Wiktionary: umliegend


Cross Translation:
FromToVia
umliegend tegenoverstaand; aanpalend adjacent — just before, after, or facing
umliegend perifeer peripheral — on the periphery or boundary