Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. temporal:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor temporal (Duits) in het Nederlands

temporal:

temporal bijvoeglijk naamwoord

  1. temporal (zeitlich; zeitweilig)
    temporeel; tijdelijk

Vertaal Matrix voor temporal:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
temporeel temporal; zeitlich; zeitweilig aushilfsweise; provisorisch; temporär; vorübergehend; zeitlich; zeitweilig
tijdelijk temporal; zeitlich; zeitweilig aushilfsweise; provisorisch; temporär; vorübergehend; zeitlich; zeitweilig

Synoniemen voor "temporal":


Wiktionary: temporal

temporal
adjective
  1. tijdelijk