Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor stückweise (Duits) in het Nederlands

stückweise:

stückweise bijvoeglijk naamwoord

  1. stückweise (teilweise; stellenweise)
    gedeeltelijk; voor een deel; deels; ten dele
  2. stückweise (per Stück; eins nach dem andern; einzeln)
    stuksgewijs; per stuk; een voor een

Vertaal Matrix voor stückweise:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gedeeltelijk stellenweise; stückweise; teilweise
stuksgewijs eins nach dem andern; einzeln; per Stück; stückweise
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
deels stellenweise; stückweise; teilweise
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
een voor een eins nach dem andern; einzeln; per Stück; stückweise
per stuk eins nach dem andern; einzeln; per Stück; stückweise
ten dele stellenweise; stückweise; teilweise
voor een deel stellenweise; stückweise; teilweise