Duits
Uitgebreide vertaling voor stückweise (Duits) in het Nederlands
stückweise:
-
stückweise (teilweise; stellenweise)
gedeeltelijk; voor een deel; deels; ten dele-
gedeeltelijk bijvoeglijk naamwoord
-
voor een deel bijvoeglijk naamwoord
-
deels bijwoord
-
ten dele bijvoeglijk naamwoord
-
-
stückweise (per Stück; eins nach dem andern; einzeln)
stuksgewijs; per stuk; een voor een-
stuksgewijs bijvoeglijk naamwoord
-
per stuk bijvoeglijk naamwoord
-
een voor een bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor stückweise:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
gedeeltelijk | stellenweise; stückweise; teilweise | |
stuksgewijs | eins nach dem andern; einzeln; per Stück; stückweise | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
deels | stellenweise; stückweise; teilweise | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
een voor een | eins nach dem andern; einzeln; per Stück; stückweise | |
per stuk | eins nach dem andern; einzeln; per Stück; stückweise | |
ten dele | stellenweise; stückweise; teilweise | |
voor een deel | stellenweise; stückweise; teilweise |