Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. sich abduschen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor sich abduschen (Duits) in het Nederlands

sich abduschen:

sich abduschen werkwoord

  1. sich abduschen (duschen)
    douchen
    • douchen werkwoord (douch, doucht, douchte, douchten, gedoucht)

Vertaal Matrix voor sich abduschen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
douchen duschen; sich abduschen

Verwante vertalingen van sich abduschen