Duits

Uitgebreide vertaling voor schroff (Duits) in het Nederlands

schroff:

schroff bijvoeglijk naamwoord

  1. schroff (schrill; höllisch; anzüglich; gellend; grell)
    scherp; schel; schril; hoog; hard; snerpend
    • scherp bijvoeglijk naamwoord
    • schel bijvoeglijk naamwoord
    • schril bijvoeglijk naamwoord
    • hoog bijvoeglijk naamwoord
    • hard bijvoeglijk naamwoord
    • snerpend bijvoeglijk naamwoord
  2. schroff (grob; rüde; ungeschliffen; derb; schwer)
    grof; grofgebouwd; lomp; ruw
    • grof bijvoeglijk naamwoord
    • grofgebouwd bijvoeglijk naamwoord
    • lomp bijvoeglijk naamwoord
    • ruw bijvoeglijk naamwoord
  3. schroff (grob; rauh; wild; )
    hard; ruw; hardhandig; onzacht
  4. schroff (brüsk; barsch)
    bruusk; kortaf; nors; onzacht
    • bruusk bijvoeglijk naamwoord
    • kortaf bijvoeglijk naamwoord
    • nors bijvoeglijk naamwoord
    • onzacht bijvoeglijk naamwoord
  5. schroff (mürrisch; reizbar; kurzweg; verdrießlich)
    wrevelig; kortaf; korzelig; snauwend
  6. schroff (ungeschliffen; unerzogen; derb; )
    ongelikt
  7. schroff (ungehobelt; unhöflich; grobschlächtig; )
    onbehouwen; lomp; onbeschaafd; onopgevoed; bot
  8. schroff (hell; scharf; grell; spitz; schrill)
    hel
    • hel bijvoeglijk naamwoord
  9. schroff (aggressiv; gewalttätig; gewaltsam; )
    gewelddadig; agressief

Vertaal Matrix voor schroff:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bot Gebeine; Knochen
hel Finsternis; Hölle; Inferno
schel Glocke; Klingel; Schelle
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
agressief aggressiv; brutal; gewaltsam; gewalttätig; roh; rüde; scharf; schroff; schwer; stark; stoppelig; struppig; störrisch; stürmisch; ungestüm; unsanft; unzart; wild; zottig; zutäppisch aggressiv; angreifend; gewaltsam; offensiv
bot bäuerisch; derb; doof; dumm; flegelhaft; grob; grobschlächtig; klobig; lümmelhaft; plump; schroff; schwerfällig; stumpf; täppisch; tölpelhaft; unerzogen; ungehobelt; ungeschickt; ungeschlacht; ungeschliffen; unhöflich; unkultiviert; wild; zutäppisch angebunden; brüsk; einsilbig; kurz angebunden; ohne Umschweife; unscharf; verschwommen
bruusk barsch; brüsk; schroff abrupt; auf einmal; mit einem Male; plötzlich
gewelddadig aggressiv; brutal; gewaltsam; gewalttätig; roh; rüde; scharf; schroff; schwer; stark; stoppelig; struppig; störrisch; stürmisch; ungestüm; unsanft; unzart; wild; zottig; zutäppisch
grof derb; grob; rüde; schroff; schwer; ungeschliffen abgestanden; banal; bäuerisch; derb; dick; dumpf; dumpfig; dürftig; ekelhaft; falsch; faul; fett; fettartig; fettig; garstig; gewöhnlich; grob; heimtückisch; hinterhältig; hinterlistig; obszön; ordinär; platt; rüde; schal; schamlos; schlüpfrig; schmierig; schmuddelig; schmutzig; schmählich; schofel; schuftig; schäbig; schändlich; trivial; unflätig; ungehobelt; ungeschlacht; ungeschliffen; vulgär
grofgebouwd derb; grob; rüde; schroff; schwer; ungeschliffen grobknochig; grobschlächtig
hard anzüglich; brutal; gellend; gewaltsam; gewalttätig; grell; grob; haarig; höllisch; rauh; roh; rüde; schrill; schroff; unsanft; unzart; wild blitzschnell; emotielos; fest; gefühllos; geräuschvoll; hart; hartherzig; herb; herzlos; hörbar; kaltblütig; laut; lauthals; lautstark; lärmend; mit hoher Geschwindigkeit; mitleidslos; rücksichtslos; sauer; schnell; schrill; schwierig; steif; streng; tosend; unbarmherzig; unberührt; unsanft
hardhandig brutal; gewaltsam; gewalttätig; grob; haarig; rauh; roh; rüde; schroff; unsanft; unzart; wild
hel grell; hell; scharf; schrill; schroff; spitz
hoog anzüglich; gellend; grell; höllisch; schrill; schroff hoch; hochgelegen
kortaf barsch; brüsk; kurzweg; mürrisch; reizbar; schroff; verdrießlich angebunden; brüsk; einsilbig; kurz angebunden; ohne Umschweife
korzelig kurzweg; mürrisch; reizbar; schroff; verdrießlich barsch; brüsk; empfindlich; griesgrämig; knurrig; leichterregbar; leichtpikiert; sauertöpfisch; schlechtgelaunt
lomp bäuerisch; derb; doof; dumm; flegelhaft; grob; grobschlächtig; klobig; lümmelhaft; plump; rüde; schroff; schwer; schwerfällig; stumpf; täppisch; tölpelhaft; unerzogen; ungehobelt; ungeschickt; ungeschlacht; ungeschliffen; unhöflich; unkultiviert; wild; zutäppisch abgestanden; banal; bäuerisch; derb; dick; dumpf; dumpfig; dürftig; ekelhaft; falsch; faul; fett; fettartig; fettig; flegelhaft; frech; garstig; grob; heimtückisch; hinterhältig; hinterlistig; nicht elegant; obszön; platt; plump; pummelig; rüde; schal; schamlos; schlüpfrig; schmierig; schmuddelig; schmutzig; schmählich; schofel; schuftig; schäbig; schändlich; taktlos; trivial; unanständig; unartig; unflätig; ungehobelt; ungeschlacht; ungeschliffen; ungezogen; unhöflich; unpassend; unverschämt
nors barsch; brüsk; schroff barsch; brüsk; griesgrämig; knurrig; sauertöpfisch; schlechtgelaunt
onbehouwen bäuerisch; derb; doof; dumm; flegelhaft; grob; grobschlächtig; klobig; lümmelhaft; plump; schroff; schwerfällig; stumpf; täppisch; tölpelhaft; unerzogen; ungehobelt; ungeschickt; ungeschlacht; ungeschliffen; unhöflich; unkultiviert; wild; zutäppisch flegelhaft; frech; taktlos; unanständig; unartig; ungeschliffen; ungezogen; unhöflich; unpassend; unverschämt
onbeschaafd bäuerisch; derb; doof; dumm; flegelhaft; grob; grobschlächtig; klobig; lümmelhaft; plump; schroff; schwerfällig; stumpf; täppisch; tölpelhaft; unerzogen; ungehobelt; ungeschickt; ungeschlacht; ungeschliffen; unhöflich; unkultiviert; wild; zutäppisch flegelhaft; frech; taktlos; unanständig; unartig; ungeschliffen; ungezogen; unhöflich; unpassend; unverschämt
ongelikt bäuerisch; derb; grobschlächtig; schroff; unerzogen; ungehobelt; ungeschlacht; ungeschliffen
onopgevoed bäuerisch; derb; doof; dumm; flegelhaft; grob; grobschlächtig; klobig; lümmelhaft; plump; schroff; schwerfällig; stumpf; täppisch; tölpelhaft; unerzogen; ungehobelt; ungeschickt; ungeschlacht; ungeschliffen; unhöflich; unkultiviert; wild; zutäppisch
onzacht barsch; brutal; brüsk; gewaltsam; gewalttätig; grob; haarig; rauh; roh; rüde; schroff; unsanft; unzart; wild
ruw brutal; derb; gewaltsam; gewalttätig; grob; haarig; rauh; roh; rüde; schroff; schwer; ungeschliffen; unsanft; unzart; wild borstig; nicht bearbeitet; rauh; roh; ungebändigt; ungezähmt
schel anzüglich; gellend; grell; höllisch; schrill; schroff
scherp anzüglich; gellend; grell; höllisch; schrill; schroff beißend; bissig; durchdringend; eckig; eindringlich; gepfeffert; kantig; pikant; scharf; scharf gewürzt; scharfschneidig; schneidend; spitz; spitzig; würzig; zugespitzt
schril anzüglich; gellend; grell; höllisch; schrill; schroff mit schneidender Stimme; schneidend
wrevelig kurzweg; mürrisch; reizbar; schroff; verdrießlich agitiert; aufgebracht; aufgeregt; erhitzt; erregt; kribbelig; mißmutig; mißvergnügt; sauer; schlechtgelaunt ohne Grund; säuerlich; unwillig; unzufrieden; verdrießlich; verstimmt; verärgert; ärgerlich
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
bot Robot
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
snauwend kurzweg; mürrisch; reizbar; schroff; verdrießlich
snerpend anzüglich; gellend; grell; höllisch; schrill; schroff

Synoniemen voor "schroff":


Wiktionary: schroff


Cross Translation:
FromToVia
schroff steil abrupt — extremely steep
schroff steil; bars; bruusk; kortaangebonden; abrupt; kortaf abrupt — Dont la pente est escarpée et comme rompre.
schroff abrupt; bruusk; kortaf brusque — Qui agir par saccades violentes.
schroff abrupt; bruusk; kortaf; gespannen; ingespannen; pakkend; spannend; strak; houterig; star; stijf; stram; stug; steil raide — Traductions à trier suivant le sens
schroff plotseling; abrupt; bruusk; kortaf soudain — Qui est subit, prompt.